Maatschappelijke subsidies

Organisaties en personen kunnen maatschappelijke subsidie aanvragen voor activiteiten, projecten of voorzieningen die belangrijk zijn voor (een deel van) de Huizer bewoners. Bij de afweging óf en hoe veel subsidie wordt toegekend speelt een aantal factoren een rol.

Er zijn twee soorten subsidies mogelijk, incidenteel of structureel. Om het juiste proces te volgen is het belangrijk dat u vooraf bedenkt of u een incidentele of structurele subsidie wilt aanvragen. Lees eerst goed de procedure door voordat u uw aanvraag indient, zodat u weet waar uw subsidieaanvraag op wordt getoetst en waar u aan moet voldoen. 

Uitgeschreven tekst van de begrijpelijke toelichting van de Subsidieverordening

Artikel 1 – Begrippen

In dit artikel staan de belangrijkste begrippen die in de verordening worden gebruikt. Zo weet je als aanvrager wat er precies wordt bedoeld.

Artikel 2 – Wat regelt deze verordening?

Deze regels gelden voor bijna alle subsidies die de gemeente geeft. Soms zijn er aparte regels voor specifieke soorten subsidies. In bijzondere gevallen kan het college besluiten om van deze regels af te wijken.

Artikel 3 – Wie beslist over subsidies?

Het college van burgemeester en wethouders beslist over het geven van subsidies. Zij kunnen in aparte regels uitleggen welke activiteiten wel of niet subsidie krijgen en onder welke voorwaarden.

Artikel 4 – Europese regels

Als de subsidie onder Europese regels valt, moet daar rekening mee gehouden worden. Dan gelden er extra voorwaarden.

Artikel 5 – Subsidieplafond en voorbehoud

De gemeente stelt per jaar een maximaal budget vast voor subsidies. Als de gemeenteraad de begroting nog niet heeft goedgekeurd, wordt de subsidie pas definitief als er geld beschikbaar komt.

Artikel 6 – Wie mag subsidie aanvragen?

In principe kunnen alleen organisaties met een rechtspersoon (zoals een stichting) subsidie aanvragen. Maar in sommige gevallen kunnen ook anderen een aanvraag doen, als dat in aanvullende regels staat.

Artikel 7 – Incidentele subsidies

Dit zijn tijdelijke subsidies, bedoeld voor een eenmalige activiteit of project. Ze kunnen voor maximaal twee jaar worden gegeven, eventueel met één keer verlenging.

Artikel 8 – Structurele subsidies

Structurele subsidies zijn bedoeld voor activiteiten die jaarlijks terugkomen. Ze kunnen voor maximaal vier jaar worden toegekend, zolang er voldoende geld beschikbaar blijft.

Artikel 9 – Wat moet je meesturen bij een aanvraag?

Bij een subsidieaanvraag moet je in ieder geval een activiteitenplan en een begroting meesturen. Soms zijn er extra gegevens nodig, afhankelijk van het soort subsidie.

Artikel 10 – Wanneer moet je de aanvraag indienen?

De aanvraag moet op tijd binnen zijn. Alleen in bijzondere gevallen kan hiervan worden afgeweken.

Artikel 11 – Wanneer krijg je een besluit?

De gemeente beslist binnen een aantal weken na ontvangst van je aanvraag. Hoeveel weken dat zijn, hangt af van het soort subsidie.

Artikel 12 – Redenen om een subsidie te weigeren

De gemeente kan een subsidie weigeren als je niet voldoet aan de voorwaarden, bijvoorbeeld als je niet de juiste gegevens aanlevert of als de activiteit niet past bij het beleid.

Artikel 13 – Wat staat er in het subsidiebesluit?

In het besluit staat hoeveel subsidie je krijgt en onder welke voorwaarden. Als je de activiteit uitvoert zoals afgesproken, krijg je het afgesproken bedrag.

Artikel 14 – Betaling en voorschot

De gemeente betaalt de subsidie meestal vooruit. Bij kleine subsidies wordt het bedrag direct vastgesteld en uitbetaald.

Artikel 15 – Extra voorwaarden

De gemeente kan bij een subsidie extra voorwaarden stellen, bijvoorbeeld over het uitvoeren van de activiteit of het behalen van bepaalde doelen.

Artikel 16 – Verplicht om wijzigingen te melden

Als er iets verandert in je plannen, moet je dit zo snel mogelijk aan de gemeente melden. Doe je dit niet, dan kan de subsidie worden aangepast of teruggevorderd.

Artikel 17 – Administratie

Je moet je administratie zo bijhouden dat duidelijk is hoe het subsidiegeld is gebruikt. Deze gegevens moet je minimaal vijf jaar bewaren.

Artikel 18 – Wat krijg je niet vergoed?

Bepaalde kosten, zoals luxe etentjes of persoonlijke cadeaus, worden niet vergoed. In speciale gevallen kunnen uitzonderingen worden gemaakt.

Artikel 19 – Wat als je geld overhoudt?

Als je door de subsidie bijvoorbeeld spullen koopt en die later verkoopt, kan het zijn dat je een deel van het geld moet terugbetalen. Dit geldt ook als je de activiteit stopt of de organisatie ophoudt te bestaan.

Artikel 20 – Geen verantwoording bij kleine subsidies

Voor kleine subsidies (incidenteel tot € 5.000 en structureel tot € 10.000) hoef je geen uitgebreide verantwoording in te dienen, tenzij daar aanleiding voor is.

Artikel 21 – Verantwoording bij grotere subsidies

Voor grotere subsidies moet je een inhoudelijk verslag en een financieel overzicht inleveren. Bij bedragen boven € 50.000 is ook een accountantsverklaring nodig.

Artikel 22 – Uitzonderingen op de regels

In bijzondere situaties mag het college afwijken van de regels als strikte toepassing oneerlijk zou zijn.

Artikel 23 – Slotregels

De nieuwe regels gelden vanaf 31 mei 2025. Als je al subsidie had, blijven de afspraken uit die subsidiebeschikking gelden, tenzij daar alleen verwezen wordt naar de algemene verordening. In dat geval gelden de nieuwe regels.

Meer informatie

Wilt u meer informatie over dit onderwerp? Neem dan telefonisch contact op via 14 035 of stuur een e-mail naar subsidies@huizen.nl.